donderdag 28 december 2017

A room with a view

Dit huis is meer dan 100 jaar oud. Dat maakt het heel charmant en karakteristiek - maar het heeft ook nadelen natuurlijk. 
Er is nogal wat achterstallig onderhoud, daar neemt men het hier allemaal niet zo nauw mee en het huis is ook een tijd niet of maar gedeeltelijk bewoond geweest.

Binnen zorgen we zelf goed voor het huis, maar de buitenkant is lastig, én de verantwoordelijkheid van de eigenaar, buurman Olav.  En die, ach, die doet af en toe iets, maar niets heeft echt prioriteit. 
Wel het raam van onze slaapkamer. De meeste raamkozijnen zijn door ouderdom vervormd, vermolmd en tamelijk verveloos, maar bij dat slaapkamerraam was iets vreemds aan de hand. We werden regelmatig wakker van een doordringend getik en ontdekten dat hele families koolmeesjes een of ander spul (stopverf? Isolatiemateriaal van voor de eerste wereldoorlog?) uit het kozijn aan het pulken waren! 



Totdat er zo'n grote flinke kier was ontstaan dat poes Poppy er met gemak vogeltjes vandaan plukte. Die ze vervolgens onder ons bed ging zitten opeten - jasses! Inmiddels durfden we het raam niet meer open te doen uit angst dat het uit elkaar en naar beneden zou vallen. 


Olav had vorig jaar Kerst al beloofd er een nieuw raam in te zullen zetten, als het voorjaar zou worden. Dat werd, zoals te verwachten, ietsje pietsje later. 
Eind november, de eerste sneeuwperiode was al voorbij, het was min 7 maar zonnig, kwam het er dan eindelijk van. Met hulp van schoonzoon Øystein en vooral met de botte bijl en een ruime hoeveelheid Franse slag sneuvelden de oude vermolmde kozijnen. Met verschillende ruitjes die misschien al 100 jaar geleden waren gebroken, werden ze weggeslagen en buiten tegen de schuur gezet - waar ze waarschijnlijk over 3 jaar nog staan... Opruimen is niet zo de gewoonte, hier.


De restanten werden zonder pardon naar beneden gekieperd,


en omdat de afmetingen van oude en nieuwe ramen niet helemaal met elkaar overeenkwamen had de hele operatie nogal wat voeten in de aarde.





Het gloednieuwe raam met dubbel glas, dat al maanden in de schuur had staan wachten, kon niet door het trapgat, dus werd met vereende krachten buitenom naarbinnen getakeld. Het oude stro in de kozijnen moest met schuim worden aangevuld etc. Een paar dagen lang struikelden we in het hele huis over links en rechts neergesmeten gereedschap...



Maar goed, lang verhaal kort, uiteindelijk zat het er in, kleiner dan het oorspronkelijke, maar degelijk. Je kunt het zonder meer open en dicht doen! Wat een vooruitgang! 
De dag nadat het af was zette de tweede sneeuwperiode in, dus het schilderwerk aan de buitenkant zal moeten wachten.


En zo hebben we weer een vorstvrije (bed)room with a view. 


Inmiddels is het flink aan het winteren geslagen. 
Met zo'n 10 graden onder nul, een flinke laag sneeuw en vervaarlijk gladde wegen gebeurt het nauwelijks, dat er een klant in onze winkel komt. Helaas. 


In dit jaargetijde kiezen de Noren nou eenmaal liever voor boodschappen doen in een van die stijlloze maar verwarmde winkelcentra, die zonder uitzondering langs de (schoongemaakte) grotere wegen liggen. Zeker in de afgelopen weken, de tijd van het massaal en tamelijk hysterisch kerstinkopen doen, mijden ze de landelijke achterafweggetjes en de lokale middenstand. 
Jammer, want we hadden leuke, lekkere en originele kerstcadeautjes genoeg in de aanbieding. Gelukkig zijn we die voor het grootste deel op de (kerst-)markten kwijtgeraakt. 

Zus Patricia kwam, we vierden een beetje Kerst, met bescheiden ontbijtjes,


feestelijke voorafjes, een goed glas wijn, 


en jawel, een hele, zelfgebraden kip. Onderdeel van het kip-kerstpakket dat Henk zowaar van zijn werkgever meekreeg. 






Patricia borduurt, breit en leest, we slapen uit, spelen scrabble en houden ons kalm, houden de winkel tijdens romjul (de dagen tussen Kerst en Oud & Nieuw) gesloten. We hebben deze dagen hard nodig om te kunnen 'avslappen', uitrusten en ontspannen, om staks weer volop energie te hebben voor een nieuw jaar. 



Maar aan het noodzakelijke sneeuwruimen ontkom je natuurlijk niet....


Als het goed is gaan de dagen alweer lengen en kan de kerstverlichting straks terug de zolder op. Eerst nog even genieten van de witte wereld en een paar vrije dagen.
Vanaf hier voor iedereen:

gezellige dagen, houd de moed er in en laat het een goed 2018 worden!



dinsdag 12 december 2017

Herfstklussen

De herfst was weer kort en krachtig, en vooral: heel prachtig...

Van de ene op de andere dag was het gras bezaaid met blaadjes,

en piepten er hier en daar paddestoelen doorheen. De sering kleurde zachtroze, 


en de klimop (of wingerd - of is dat eigenlijk hetzelfde?) overal om ons heen gingen van groen naar geel naar rood.



's Morgens een kil wit waas op het gras, waar de herten zich niets van aantrokken - ze wisten de laatste valappels feilloos te vinden.



en de overgebleven rozenbottels, daar hadden ze ook wel oortjes naar.... 


Het merendeel van die rozenbottels had ik overigens al geplukt en ingevroren. Het verhaal gaat dat ze pas goed tot hun recht komen voor verwerking als er 'een nachtvorst overheen is gegaan', maar misschien is dat net zo'n sprookje als dat over boerenkool. Een bevriende teler vertelde laatst dat dat echt onzin is. 
Ik stop de rozenbottels in de vriezer, totdat ik tijd heb om ze in kruidige, vitaminerijke jam te veranderen. 

Bij oktober hoort ook aandacht voor Pink Ribbon - dat speelt hier lang niet zo als in Nederland. Borstkanker natuurlijk wel, inzamelacties voor onderzoek daarentegen maar mondjesmaat. 
Zag ik in Utrecht in oktober in elke winkel en etalage wel iets van dien aard, hier is er een beperkt aantal ketens dat iets doet en zie je incidenteel iemand met een speldje op haar jas (wat er dan vervolgens weer wel, op z'n Noors, tot ver na oktober op blijft zitten). 




We houden vol. Eierkoekjes met roze glazuur, in een kek zakje met een label aan een roze strikje en ach, de meeste zijn verkocht. Levert nagenoeg niks op, noch voor Pink Ribbon noch voor ons, maar symbolische soldariteit is ook iets waard.

En toen de herfst en oktober vorderden kregen we Doeke, uit het verre Friesland, na 1,5 jaar weer eens over de vloer. Onze hoogst persoonlijke klusjesman!


De klussenlijst werd meteen ter hand genomen. Planschetsjes en berekeningetjes werden gemaakt, gereedschap bij elkaar gezocht. De volgende dag reden Doeke en Henk naar een bouwmarkt voor de benodigde materialen.




Zo kwam er eindelijk een ordentelijke lamp mét schakelaar in de voorraadkamer achter de winkel, zodat ik voortaan niet meer hoef te klungelen met en zware stekker in een wrak stopcontact, en de daar 'tijdelijk' opgehangen bouwlamp kon worden opgeborgen.  
En meneer schaafde, schuurde, mat en zaagde onvermoeibaar aan diverse klemmende en kierende deuren, zowel van de winkel als van het huis, totdat ze weer zonder problemen open en dicht gingen. 


De vervaarlijk doorbuigende scharnierplank die al jaren ons tafelblad is als we op de markt staan, is vervangen door een bredere, sterkere variant in twee delen - ook gemakkelijker te vervoeren in de auto. Keurig op maat en netjes afgewerkt natuurlijk.


Restjes hout werden in de zon gedroogd en tot kachelhoutjes verzaagd.


De ingrijpendste klus was wel het opknappen van het kippenhok: bij heftige regen of veel smeltende sneeuw liep er water langs de achterwand van het binnenhok; lekkage verholpen, 

tochtkieren langs de deur dichtgetimmerd, 


scheuren in het oude beton weggemetseld, de opgehoopte aarde in de ren omgeschept en verplaatst, 

(toen lag er nog geen sneeuw in hoor....)
de dakpanelen op de ren verduurzaamd en verhoogd en ga zo maar door.  


Van een andere orde maar ook niet onbelangrijk: een schuifje aan de binnenkant van de wc-deur gefabiceerd! Het komt nogal eens voor dat iemand nietsvermoedend de wc inloopt, die dan al bezet blijkt, en met de hoeveelheid logees hier levert dat, zeg maar, ongemakkelijke situaties op.


Zo slonk de klussenlijst tot onze tevredenheid stukje bij beetje, en na een week waren er nog genoeg plannen en ideeën, maar de tijd was op. Nog even een ontbijtje in de herfstzon op het balkon, 

en dat was het weer. Henk moest werken, Doeke nam de bus naar Skien, waarvandaan een bus naar het vliegveld gaat.



Welkom terug klusvriend!

Bleven wij weer samen achter, werd het kouder, hadden we toch begin november nog een hoogtijdag: tien jaar getrouwd....Daar hebben we samen een piepklein feestje van gemaakt. 

En wel zo: ooit had Marit een bank gekocht die, o stomme pech, haar huis niet in bleek te kunnen! Totdat Henk haar natuurlijk uit de brand hielp, en met zijn verhuizersoog het gevaarte zonder schade naarbinnen wist te transporteren. Als dank schonk Marit hem een fles champagne en die, je raadt het al, hadden we bewaard voor 9 november.
Vervolgens maakten we voor onszelf een intiem verwendinertje, met een fles goede wijn die een van onze logees afgelopen zomer ons cadeau had gedaan. 



Rustige avond, houtkachel aan, avondrood voor het oprapen, oogverblindende uitzichten, 
na 10 jaar nog steeds blij met elkaar, wat willen we nog meer?




woensdag 8 november 2017

Oogst te over en even uit

Ja, in die korte zomer in dit land wordt zo'n beetje alles tegelijk rijp en moet er dus razendsnel geoogst en verwerkt worden. 
Twee factoren bieden daarbij uitkomst. 1) vriezers - daarvan hebben we er inmiddels vier staan, en dan nog de vriesvakken in elk van de drie koelkasten - en 2) plukhulp. 

Marjorie en Theo bijvoorbeeld. Toen ze uit het hoge Noorden teruggekeerd waren en weer voor een paar dagen op Solvik waren neergestreken plukten ze talloze takken lijsterbes;



maar liefst 5 kilo van die bittere, oranje besjes. Daar maken we (naar een Deens recept) gelei, 'rognebærgelé', hier populair voor bij vleesgerechten. 



Of Suzanne en Konstantin, die met 9 kilo aroniabessen uit eigen tuin aan kwamen zetten. Aroniabessen, geen idee of die in Nederland bestaan en hoe ze dan heten, maar ze zitten vol met antioxidanten en zouden dus heel gezond zijn. 


Die zijn goed voor heel veel potjes pittige, dikke jam.


En dan buurtgenoot Roald, die de wilde pruimen die op zijn land uit de boom gevallen waren maar niet kon laten liggen. Hij bracht een emmer vol, en met Henks uurtje rapen erbij leverde dat 11 kilo op.... 


Die zijn allemaal tot gezonde ketchup getransformeerd, die lang houdbaar is. 
Tenslotte was er nog onze oude vriendin Else, die, net als in voorgaande jaren, veel te veel pruimen had in haar tuin - mooie gele:


11 kilo kwam ze brengen, en de jam daarvan hebben we 'plommegull' genoemd, 'pruimengoud'.


Maar alsof dat nog niet genoeg was bracht ze ook nog 12 kilo zoete roze Victioriapruimen! Die zijn verwerkt tot, je raadt het al, 'Victoriajam' en 'Victoriachutney'. Mooi van kleur. Helemaal mooi, al die gratis grondstoffen - veel werk maar flink gewin. 


De oogst van onze eigen teelt bleef dit jaar, los van de basilicum en de andere kruiden, beperkt tot een paar kilo tomaten, en die hebben we gewoon zelf opgegeten. Echt er veel lekkerder dan gekochte (geïmporteerde) exemplaren!


Dankzij Theo en Marjorie konden Henk en ik na al die oogst- en verwerkarbeid er even tussenuit. We lieten de zorg voor kippen en poezen voor anderhalve dag aan hen over en namen de boot naar Zweden. Om voordelige voorraden in te slaan over de grens, maar ook om heel eventjes ergens anders te zijn, en weer eens een bootreis te maken. 



Het is dan wel niet hetzelfde als de boot naar Vlieland, maar zo'n tochtje over de brede Oslofjord bezorgt ons toch een soort van vakantiegevoel. Zeker in stralend nazomerweer. Dat je aan boord taxfree kunt winkelen is mooi meegenomen.


En het allerkleinste, allergoedkoopste hutje dat we in Strømstad hadden gehuurd versterkte dat vakantiegevoel nog eens. We konden er heerlijk op de veranda (geen huis of hut, hoe klein ook, zonder veranda) in de namiddagzon een beetje borrelen en lezen, want het centrum van Strømstad is op loopafstand van de camping, zodat we de auto konden laten staan. 



 Alleen konden we onze 2-persoons lakenzak ook in de auto laten zitten, want de                1-persoons bedden in het piepkleine hutje zaten vastgeschroefd...


 's Avonds zijn we het levendige centrum aan de jachthaven ingewandeld. Het wemelt er van de terrasjes, cafeetjes en restaurants, en alles zat flink vol. 
Strømstad leeft voornamelijk van twee soorten jachttoerisme: ik bedoel van mensen die met hun jacht, boot, de ene nog weelderiger en protseriger dan de andere, dit soort kustplaatsjes aandoen. En van de jacht op koopjes, van Noren die regelmatig de oversteek maken om hun slag te slaan in de grote winkelcentra, waar het aanbod vele malen groter is en de prijzen vele malen lager zijn dan in Noorwegen. En niet te vergeten om zich eens flink vol te laten lopen met goedkope drank. 

Wij genoten van de luxe van 'uit eten gaan'! Dat was lang geleden... We vonden een tafeltje in een sfeervolle fusiontent genaamd Heat, en aten daar een heerlijk klaargemaakt gerecht van allerlei groenten en deeghapjes, met veel knapperig gebakken eendeborst. 


De volgende ochtend gebruikten we om boodschappen te doen. Eigenlijk afschuwelijk, die supergrote winkels met eindeloze rijen verschillende kaas- en vleessoorten, en massa's Noren die met een soort verbetenheid zoveel mogelijk spullen in hun tassen staan te proppen. Er is zo veel keus in alles dat je, als je niet uitkijkt, door de bomen het bos uit het oog dreigt te verliezen. Of je verdwaalt in de gangpaden, struikelend over winkelwagentjes, of wordt bijna onder de voet gelopen door fanatiek shoppende Noren, die blind om zich heen grijpen en zo'n beetje dwars door je heen lopen. Kortom, je moet er even doorheen, want het is wel degelijk de moeite waard. 

Met een goed lijstje in de hand wisten we in korte tijd alles te vinden wat we wilden inslaan. Vooral levensmiddelen, ingrédiënten, grondstoffen, hulpmiddelen etc. voor de catering. En bij een kledingoutlet vonden we en passant degelijk ondergoed en warme sokken met kleine weeffoutjes, en daarom voor een habbekrats. 

Aan het begin van de middag reisden we met een volle auto terug, nu over land de Noorse grens over (geen controle) en dan met de pont van Horten naar Moss, een tochtje van 20 minuten.



Thuis troffen we mensen en dieren in welzijn aan, en konden we op ons eigen terras onze verhalen kwijt. 



Zo hadden we nog twee dagen met z'n vieren. Weinig aanloop in de winkel dat weekend, en de eerstvolgende cateringopdrachten pas voor drie dagen later, dus we konden het rustig aan doen. 
Beetje lezen,


beetje breien, 


beetje puzzelen,


heel veel kletsen,


en zondagavond een knus afscheidsetentje, thuis. 


De familie trok huiswaarts, en zo was het september geworden, de logeerkamers weer stil en leeg en wij terug in de routine van alledag.  

Inmiddels is het november. De kippen leggen niet meer, 's nachts vriest het, 's morgens moet de houtkachel aan, 's middags is de zon voor drieën al achter de bomen gezakt en om half vijf is het donker. 
Maar morgen hebben we allebei een vrije dag en dat komt mooi uit, want dan is het precies tien jaar geleden dat we in Utrecht in het spoorwegmuseum trouwden. Onze tinnen bruiloft heet dat, die vieren we dus morgen. De champagne staat al koud.