vrijdag 24 mei 2013

En nog een vlagdag



De 17e mei is een nationale feestdag hier: de verjaardag van de Noorse grondwet, die in 1814 werd geproclameerd. In Oslo paraderen stoeten kinderen over het plein voor het paleis, de koninklijke familie verschijnt op het bordes en iedereen zwaait met vlaggetjes. Maar ook overal in de rest van het land worden optochten gehouden en het is een van de dagen waarop uitbundig bunad wordt gedragen, de officiële klederdracht.

 

Omdat we er dit jaar wel iets van wilden meemaken togen we 's morgens naar het centrum van Drangedal, waar de optocht helaas zojuist was afgelopen. We konden nog wel getuige zijn van de kranslegging bij het oorlogsmonument, waar de burgemeester een toespraak hield en het muziekkorps een deuntje deed. Daarna hebben we de dienst bijgewoond in het kerkje, dat in de reisgidsen beschreven staat als 'enige bezienswaardigheid in Drangedal'. Het witte houten Emanuelkerkje is van 1780 en daarmee waarschijnlijk het oudste gebouw in het dorpje Drangedal.

Waarschijnlijk was het hele dorp wel op de been, maar erg druk was het niet - niet verwonderlijk: de gemeente Drangedal telt niet meer dan ca. 5000 inwoners, maar op een grondgebied zo groot als dat van de provincie Utrecht. Echt druk is het dus niet zo gauw. Binnen de gemeente is er een handvol buurtschappen (zoals ook Henseid is, waar wij wonen) en bijna allemaal organiseren die hun eigen optocht en festiviteiten op de 17e mei. 



Inmiddels was ons Nederlandse bezoek na een kleine week weer huiswaarts gekeerd. Voorheen onze Utrechtse buren troffen het niet met het weer; druilerigheid en regen alom en maar een enkele keer een zonnestraal. Maar desondanks hebben we ons prima vermaakt en konden we een jaar afwezigheid bijpraten, gewoon, alsof we nog steeds buren zijn. Dat zullen we in gedachten dan ook wel blijven, waar we ook wonen.

 
En gelukkig was er op de laatste dag van hun verblijf genoeg zon om de barbecue op het terras te kunnen aansteken. Als je niet hebt 'gegrild' ben je niet echt in Noorwegen geweest...
 
 
Daarna werd het Pinksteren, en steeg de temperatuur. Het gras schoot uit de grond, er kwamen plotseling bloemen omhoog piepen, de bomen waren na 4 maanden volkomen kaalheid ineens weer lichtgroen. Henk moest zijn korte broek opzoeken, de parasol moest uit omdat het anders te heet werd op het terras. Zwaluwen om ons heen, brileenden in het meer en volop gekwetter en gefluit. Het ijs op het water is nog maar net verdwenen en de padden komen alweer vanuit het niets tevoorschijn om het water op te zoeken.
 


 
Alles of niets, zo zijn de seizoenen hier. De lente was kort, je draait je om en het is zomer!



 

donderdag 16 mei 2013

Ook een beetje oranje

In Nederland hadden niet eens een Hollandse driekleur, maar hier is het gebruikelijk om de Noorse wimpel te laten wapperen, en de grote Noorse vlag te hijsen op officiële vlagdagen. 1 mei is er zo eentje - de dag van de arbeid is een nationale feestdag - maar de dag ervoor was in Nederland een belangrijke feestdag, de laatste Koninginnedag en troonsoverdrachtdag tegelijkertijd. Ineens wilden we die een beetje meevieren. Is het misschien toch zo dat je iets chauvinisterigs krijgt, als je ver weg woont van je vaderland?
Maar waar vonden we zo gauw rood-wit-blauw en oranje? Gebrek aan maakt creatief met, bleek maar weer. Nederlands grootste grootgrutter, het bekende Zweedse woonwarenhuis én onze voormalige werkgever boden uitkomst. In samenwerking met de naaimachine, de nietmachine en wat onderdelen van een ingestorte garderobekast.

 
 
 


Zo zorgden tassen van AH, Ikea het BRU gezamenlijk voor een feestelijk aanzien van ons huis. Gecompleteerd door een slinger van vellen oranje karton. In de volle zon.
 
We konden de plechtigheden en delen van het uitzinnige feest in Nederland live op de Noorse televisie volgen - die oogsten hier verbazing en bewondering. En gelukkig hoefden we niks met vrijmarkten en de bijbehorende gekte en drukte. Dachten we.
 
Onze Noorse buren en hun vrienden waren zo onder de indruk van onze versiering dat ze vonden dat een en ander gevierd moest worden - met een gezamenlijk borrel natuurlijk!
Zo hebben we de avond gezessen doorgebracht in het knusse buitenhuisje dat op 50 meter afstand van ons huis aan het water staat. Met een vorstelijke maaltijd (terwijl wij eigenlijk al gegeten hadden, maar eten weigeren is onmogelijk) en alle soorten drankjes die er maar voorradig waren. Verbroedering sloeg de klok: Nederland en Noorwegen zijn bevriend, wij ook, en leve de nieuwe koning! Daarbij moet behalve veel gelachen ook veel gedronken worden, en vooral alles door elkaar. Skål! En dat dan tig keer. Zodat we de volgende ochtend niet meer zo goed wisten wanneer en hoe we in ons eigen bed waren beland...
 
Het was de eerste keer dat we zelf hebben ervaren dat er een kern van waarheid ligt in de verhalen over het Noorse idee van gezelligheid. En dat de door onze logees meegebrachte paracetamol onontbeerlijk is. 
 
Toen een week later onze vroegere Utrechtse buren op bezoek kwamen hebben die ons verder gefaciliteerd in de beleving van het oranjegevoel. 
 
 
Zo werd het met stroopwafels, drop, Vocking en oude kaas uit het kikkerland weer een heel ander feestje! Over dat bezoek en andere wederwaardigheden de volgende keer meer. Uit tijdgebrek moet het nu hier even bij blijven.