zaterdag 31 januari 2015

Kop eraf

Nee, niet die van ons hoor, en ook niet van Solvik Mat. De kop van het nieuwe jaar is eraf, bedoel ik. Met dit blogje (nummer 100 trouwens) laten we 2015 én de donkere maand januari achter ons.

 
De raar gevormde maar best lekkere oliebollen zijn op. Het vuurwerk is afgestoken - we doen niet aan vuurwerk, zeker niet hier in deze houten-huizen-omgeving, maar we hadden nog een paar verpakkingen saaibrave sterretjes, en die stonden op oudjaarsnacht een paar minuten toch een soort van feestelijk, geïmproviseerd op het balkon. 
 
 
We hebben geschaatst, meldde Henk 2 weken geleden al. Pikante bijzonderheid, niet door Henk gemeld, was dat mijn schaatsen, gekregen voor mijn 12e verjaardag - ehm, héél lang geleden dus - eindelijk waren vervangen door een paar nieuwe. Kunstschaatsen waren die oude, want dat hoorde vroeger gewoon voor meisjes. Tot op de draad versleten. Kunstschaatsen zijn het hier opnieuw geworden; ik zou me nergens anders op overeind kunnen houden. In Noorwegen zijn ze een stuk goedkoper dan in Nederland, dus een aderlating hoefde het gelukkig niet te zijn.
 


Een heerlijke sensatie, op gloednieuwe schaatsen staan! Van het oude paar heb ik nu alleen de veters nog...

Alle kerstversieringen zijn weer opgeborgen, morgen halen we de kerst- en nieuwjaarskaar- ten van de muur. Bedankt iedereen, het zag er gezellig uit zo! Al bereikten ons nogal wat

 
goedbedoelde wensen pas ver in januari, vooral door de wonderlijkste adresseringen...
Ons adres is, hierbij:
 
Henk en Aleida (Aleid is hier lastig, dus gebruik ik maar gewoon mijn doopnaam)         Henseid, Solvik
3750 Drangedal, in Noorwegen natuurlijk.
 
Een straatnaam, huisnummer of hoofletters bij de postcode hebben we niet. Dat verandert misschien in de loop van dit jaar, want de gemeente Drangedal heeft in haar wijsheid bedacht dat het best handig zou kunnen zijn als de straten hier wél voorzien worden van een naam, en de huizen van een nummer. We zijn benieuwd. Maar bij de adressering hoeft in elk geval niet het internationale toegangsnummer voor telefooncontact (047) te worden vermeld (hoor Patricia en Saskia!).
 
De geraniums zijn gered van de vorst en staan boven veilig te overwinteren:
 
 
We hadden sprookjesachtige uitzichten uit de ramen, 
 

vanaf bovenin de tuin bij de schuur,

 
en als we ons hoofd om de hoek van de voordeur staken. 
 



Herstel: steken, want zo ziet het er vandaag uit, op 31 januari.
Betoverend dus. En in de sneeuw op het bevroren weer zagen we vreemde, nooit eerder geziene sporen:

 
niet die van een hert of een rendier, en veel te groot voor katteklauwtjes. "Een lynx, dat is zeker", zegt buurman Olav. En inmiddels is duidelijk dat 'onze' laatste kip aan zo'n lynx ten prooi is gevallen, en niet aan een vos. Een buurtbewoner heeft namelijk hier op de bewuste laatste avond van dat kippeleventje een lynx zien rondsluipen. Op zoek naar eten hoogstwaarschijnlijk.
Jammer, voor de lieve kip. Maar nog jammerder, vind ik, dat Noren op alles jagen, dus ook op lynxen. Omdat ze dat anderhalve schaap dat hier rondloopt aanvallen? Omdat ze gewoon een slechte naam hebben? Of omdat hun vacht zo exclusief is? Jammer jammer jammer. Dit seizoen mogen er maar liefst 35 stuks worden geschoten in onze regio. Puur om de schietbehoefte van wat would-be-Vikingen te bevredigen, denk ik maar. 
 
Op een dag hadden we plots gezelschap van een vreedzaam, koddig paar winterwezens:
 

levensgroot! Met veel vertier en plezier in elkaar gefabriceerd door onze onvermoeibare buurfamilie inclusief de kleine Kasper, die deze maand 2 jaar is geworden.

Januari, zei iedereen, is een slappe maand. Mensen hebben namelijk last van een post-Kerst-dip, willen effe niks. Komen dus niet winkelen en bestellen al helemaal geen catering. En verhuizen doet natuurlijk niemand in januari.
Eerlijkgezegd was ik daar een beetje blij mee. Eindelijk tijd voor andere dingen, in huis: schoonmaken, opruimen, verven! Alle boekenplanken leeg, het stof van ruim 2,5 jaar wegpoetsen en alles herinrichten. Goed om alle boeken weer even in m'n handen te hebben en te bekijken (al duurde het daardoor wel wat langer dan de bedoeling was).

 
Eindelijk het blauwe kastje na jaren weer eens van een verse laag verf voorzien. Ik sleep het oude meidenkastje al 30 jaar met me mee, vanaf het jaar dat ik op kamers ging, in 1975. Het stond daar op die zolderkamer, blauw te zijn, achtergelaten door een van de vorige bewoners. Daarom heet het 'het blauwe kastje'. Het heeft in al die jaren heel veel tinten gehad, maar altijd blauw. Dat kan nou eenmaal niet anders.
 

Solvik Mat houdt kantoor in de achterkamer. Ziet er toch zindelijk uit, met zo'n kastje?
En toen ook nog even het lelijke donkerbruine kastje in een van de logeerkamers een frisse lik gegeven (en het oude caféstoeltje ook maar lichtblauw gedaan): 


Kortom, een boel gedaan, en aan de rest van 'de lijst van dingen die nou eindelijk eens een keer moeten worden gedaan' zijn we helemaal niet toegekomen. Want zo stil bleek het niet in de 'slappe' maand januari. Er waren weinig winkelklanten, maar tot onze verbazing veel cateringopdrachten en veel verhuizingen.
 

Ons smørrebrød vloog de deur uit, en we verkochten meer dan 20 tapasmenu's. Tussen die bestellingen door moest Henk maar liefst 5 x opdraven voor een verhuisklus....Hoezo slappe maand januari? Wij hebben een goed begin gebreid aan 2015. De kop is er af dus.
Nu hopen dat het zo verder blijft gaan, en dat Solvik Mat blijft groeien. We kunnen weinig meer doen dan ons uiterste best. En dat doen we met intens plezier. 

zondag 18 januari 2015

Verwondering

Of het nu gaat om het werken in de winkel of het staan op de markt: er blijft verwondering.

Verwondering over onszelf, alsof we dit al jaren doen. In een ander land, met een vreemde taal. Zomaar ons leven helemaal omgegooid, winkeliers geworden, vertegenwoordigers, producenten. Verwondering ook over welke van onze producten goed lopen en welke minder. Dat niet alles even goed verkoopt is niet zo erg, hoort bij het leerproces en is misschien een kwestie van lange adem, gewenning voor het kooppubliek.

De laatste twee weken voor Kerst zijn we elke dag open geweest maar dat leverde minder op dan gedacht. Zelfs een, naar ons idee, goed georganiseerd mini-kerstmarktje in onze winkel trok slechts twee families die gezellig een dagje uit waren en een verdwaalde enkeling, die uiteindelijk toch wel met wat spulletjes het pand verlieten.

 
 
 
Nee, dan een marktdag in de herfst waarop het pijpenstelen regent. Aan het begin van zo'n dag denk je al, dit wordt niks en waren we maar thuisgebleven. Maar na een paar uur vliegen de potjes de kraam uit, moeten we soms zelfs nee verkopen! We zijn verwonderd over omzet en kooplust van voorbijschuifelende regenpakken. Op een ijskoude Julemarked (Kerstmarkt) is het niet veel anders.

   
In ieder geval is onze naamsbekendheid aardig gegroeid en krijgen we steeds meer mensen in de winkel en voor de kraam die gericht naar een of meer producten van ons vragen. Al eerder bij ons gekocht of geproefd bij familie of vrienden. Hoe snel kan dat gaan, en hoe mooi is dat?


Vorig jaar was onze huidige werkplek nog een bouwput, of eigenlijk nog niet eens. Die moest nog gecreëerd worden! Nu staan we in een keuken die al vanaf het eerste moment zo vertrouwd voelde.
 


Verwondering over dat we het voor elkaar hebben gekregen en dat het precies is geworden, zoals we ons hadden voorgesteld! Qua secundaire arbeidsvoorwaarden, een werkplek met uitzicht, scoren we hoog!


En als het stormt valt de elektriciteit nogal eens uit. Dat verwondert ons nauwelijks meer - met onze hoofdlampjes op werken we gewoon verder...


Beide kerstdagen eindelijk weer eens tijd voor een wandelingetje, bij een temperatuur overdag van   -8 en nu -9. Het ijs op het meer maakte af en toe flinke herrie. Het kraakte tegen de rotswanden. Het was al bijna helemaal dicht. Je zag het ijs met het uur naar onze kant aangroeien. Prachtig! Volgens rayonhoofd Olav zou het met nieuwjaar schaatsen geblazen zijn! En ja, hoor, verwondering over de snelheid waarmee het ijs groeide en verwonderd over de snelheid waarmee onze buurfamilie zich op het is begaf. Wij waren daar een ietsie pietsie voorzichtiger mee...


Maar we konden natuurlijk niet achterblijven! Verwondering over hoe de buren het leven vieren, in welk jaargetijde dan ook, en natuurlijk, in de buitenlucht.

 
 
 

Na 5 of 6 jaar niet meer geschaatst te hebben, viel het zwaar tegen. Pas na een half uur of zo kwam het gevoel enigszins weer terug. Verwondering over het nog kunnen schaatsen, zonder valpartij!
Eén ding is echter zeker, deze Kramer is nog niet in vorm!