zaterdag 30 juni 2012

Hollandse verrassing in Noorse uren

Vorige week zaterdagmorgen kwamen we elkaar tegen halverwege de trap, Henk kwam uit de keuken, ik onder de douche vandaan. Op zich niets opzienbarends natuurlijk, maar allebei hadden we een rare gewaarwording gehad via de radio, waar we elkaar tegelijkertijd van op de hoogte wilden stellen: de tune van voorheen 'Langs de lijn', de meesterlijke jingle van Tony Eijk, zo meesterlijk in elkaar gezet en gespeeld, dat je het melodietje (en dat is het eigenlijk niet eens) altijd en overal blijft herkennen. En dat hadden we allebei op de Noorse radio gehoord! Hier dient het als intro voor een politiek praatprogramma. Zo gek om te horen!
's Avonds gebeurde er iets vergelijkbaars, toen we uitgeteld nog even voor de tv hingen, waarop tot onze stomme verbazing plotseling iemand Nederlands begon te praten en we ineens naar het verwaaide kapsel van Geert Mak zaten te kijken...'In Europa' wordt hier ook uitgezonden. Noors ondertiteld, dus voor ons heel leerzaam, ook al zien we de serie dan voor de tweede keer. Niet erg, boeiend genoeg. 
Drangedal en omgeving hebben we voor het eerst vanaf het water gezien, toen we donderdag een boottocht maakten op Tokedølen II, een schip van meer dan 100 jaar oud dat door streekgenoten is gekocht en opgeknapt. De tewaterlating vond een poosje terug plaats hier pal voor ons huis (omdat het elders om de een of andere reden niet mogelijk was). Dat was een operatie die veel aandacht trok van pers en buurtbewoners - er gebeurt hier doorgaans niet zo veel.

Het is de bedoeling dat Tokedølen II een attractie gaat bieden in de vorm van tochtjes op het Tokemeer, voor feestjes en partijen, personeelsuitjes en vooral toeristen. Omdat wij met Idunns Mathus deelnemen aan een gemeentelijk project ter bevordering van het toerisme in Drangedal waren we uitgenodigd voor een introductie-boottocht, samen met de andere bedrijven.


Met elkaar moeten we Drangedal op de kaart gaan zetten als streek waar diervriendelijk, ambachtelijk en milieubewust wordt gewerkt aan de productie van gezond en streekgebonden voedsel. En als een gebied waar ook cultureel best een en ander te beleven valt. Tijdens de Drangedal dagene (zie vorige blog) werd dat gedemonstreerd met een locaal muziekkorps, met kleurige haaksel aangeklede bomen (zoals vorige jaar in BRU-
wereldstad Houten!) en met en tentoonstelling van oude foto's van het dorp. Waarvan de samenstelster overigens vergeten had dat ze dan wel moesten worden opgehangen - ze kwam op het allerlaatste moment giechelig met hamer en spijkers het gebouwtje in rennen om dat te regelen, terwijl er al mensen waren afgedropen omdat er binnen niets te zien viel... 


Het boottochtje voerde ons 2,5 uur lang over het stille Tokemeer en de talloze zijarmen, in de volle avondzon langs prachtige plaatjes van schilderachtige oude huizen, tegen rotswanden en tussen bospartijen verborgen hutjes. Met veranda's, steigertjes, privéstrandjes etc. Op een bepaald moment laat je de camera de camera maar, je kunt wel aan de gang blijven met vastleggen, er zijn te veel mooie beelden. Aan boord was een van onze leerkrachten van de school, en zij wist veel te vertellen over de omgeving en de geschiedenis van huizen en families. Henk raakte in gesprek met de vriendelijke jonge vrouw die naast hem zat, met haar kleuterzoon. Ze toonde interesse in onze bezigheden hier in de gemeente, en toen Henk vroeg wat precies de reden was voor haar aanwezigheid tijdens deze tocht zei ze: "I am the mayor". Okay, zaten we dus naast de burgemeester. Die de komst van ons Nederlanders naar haar gemeente toejuicht. "You have ideas, we need that!".
Het heeft veel geregend de afgelopen dagen, wat het trekken van onkruid tot een bezigheid met een hoog bierkaaigehalte maakt. En ik blijf mijmeren over die  bezigheid: in dit land ligt meer dan de helft van het jaar de natuur plat door kou en sneeuw. Wanneer in de overige maanden het groen bevrijd en uitbundig eventjes naar boven mag komen moet dat waarvan iemand heeft bepaald dat het onkruid is er uitgetrokken worden, en gras en bermen moeten doorlopend worden gemaaid... Owee als de weelderige paarse lupines het beeld van een ongetemde wildernis oproepen... 
Er waren ook flink wat droge en zonnige momenten. Droog genoeg voor Olav om wat afgeschreven tuinstoelen op een hoop te gooien en een aanleiding te creeren om een fikkie te stoken. En daar met Henk een biertje bij te drinken, filosoferend over vuur, zelfgebrouwd bier en vakantie. 'Avslappe' heet dat. Dat was nodig, want we hebben kei- en keihard gewerkt, 6 lange dagen per week. Na gedane arbeid is het goed avslappe, zeg maar.

zondag 24 juni 2012

Eerste succesjes

Het is al weer even geleden maar op zaterdag 2 juni stonden Aleid en ik namens Idunns Mathus met een stand op de Drangedalsdagene. Dat is een jaarlijks terugkerende jaarmarkt en/of dorpsfeest zoals we dat ook in Nederland kennen, met een kermis, braderie en een aantal culturele uitspattingen.


Rondom de oudste houten gebouwtjes langs het meer was ruimte gereseveerd voor een aantal lokale voedselproducenten. Daar konden wij natuurlijk niet ontbreken en we hebben die kans met beide handen aangegrepen om ons te introduceren met nieuwe producten. Op zo'n markt staan is niet iets waar onze compagnon warm voor loopt, dus was het voor ons een mooie gelegenheid om eindelijk iets van onszelf te laten zien, want de hoofdmoot van het werk is tot nu toe de vele bestaande bestellingen afwerken. Vernieuwing laat nog even op zich wachten....

In de aanloop naar de Drangelsdagene zijn we begonnen met de introductie van nieuwe maaltijden omdat we een bestelling kregen om voor het 'werkvolk', dat met de voorbereiding en organisatie van het 3-daagse festijn bezig was, 4 dagen lang de ene dag een maaltijdsoep en de andere dag een stoofschotel te maken. Erg leuk en uitdagend om te doen, en het was een succes, afgezien van de eerste stoofschotel, want die bleek qua smaak een beetje te gewaagd, of was het toch de miscommunicatie over de bijlevering van bestek en opscheplepels, dat men kritisch was? We zullen het nooit weten, maar uit het simpele feit dat de organisatie één van de soepen nog eens bijbestelde voor de 'afterparty' voor degenen die bij de organisatie waren betrokken, bleek waardering.
Rijk zijn we er niet van geworden, maar de twee soepen (een tomatensoep van geroosterde tomaten en een doperwtensoep) die we voor de verkoop hadden, werden zeer gewaardeerd. De twee chutneys, voor een gratis 'smakprøve', gingen erin als koek en waren schoon op. En ook de koude appelsoep met pompoenpitten vond gretig aftrek. Het lijken wel Nederlanders, die Noren! Meteen kwam de vraag of en wanneer de chutneys te koop waren! Daar zit dus muziek in!


Met iets van trots kunnen we terugkijken op een roerige week, waarbij we ook kennis hebben gemaakt met het Noorse organisatietalent. Dat is er dus niet.
Wij waren gevraagd om van 10 uur 's ochtends tot 16 uur 's middags daar te staan. Men was 'vergeten', dat er op een andere plek in het centrum van het dorp van 10 tot 12 een gratis ontbijt werd aangeboden, dus erg hongerig waren ze niet toen ze bij ons langskwamen....
Een stand voor ons, zoals was afgesproken, was er niet, dus die hebben we zelf in elkaar moeten zetten met materiaal van een nabijgelegen boothuis. Een wijze les voor de volgende keer.
In ieder geval was het erg gezellig om daar te staan samen met een aantal collegaproducenten, die stuk voor stuk vol bewondering waren dat we dit al doen, terwijl we er nog maar net zijn.
Het weer zat gelukkig ook mee, afgezien van een paar spatten regen en een zeer plaatselijke hagelbui.....
En we hebben gelijk de lokale pers gehaald! Zoveel is er hier niet te doen natuurlijk, maar toch.


Twee weken later werden we gevraagd het eten te verzorgen voor de jaarlijkse vergadering van de plaatselijke ondernemingsvereniging. Zo'n 40 personen werden verwacht, maar naar Noors gebruik waren er uiteindelijk zo'n 24. Als voorgerecht werd er wederom speciaal gevraagd naar de doperwtensoep en daar hebben we een heerlijke kippenstoof aan toegevoegd.    
Over de tafelmanieren en de eetgewoonten van de Noren zullen we het een andere keer nog wel hebben, maar het leek erop dat ze het lekker vonden...We hebben niet alleen de maaltijd verzorgd, maar ook voor het eerst de bediening gedaan. In een zwarte broek en een witte bloes, zoals dat hier gebruikelijk is.
O ja, ik heb mijn maidenspeech in het Noors gehouden om Idunns Mathus AS te introduceren. Er werd gelachen en geklapt, dus ik denk dat ze hebben begrepen waar we voor staan, maar de tijd zal het leren, tot het moment dat er rare bestellingen binnenkomen..

Het is grappig om te ervaren dat we al zo snel bekend raken in deze kleine sociale gemeenschap. Je komt overal dezelfde mensen tegen en die weten inmiddels allemaal wie we zijn. De meesten zijn vol bewondering dat we al zo ver zijn en sommigen zijn verbaasd dat we er nog maar een paar weken zijn. We draaien er nu onze hand niet meer voor om om ook traditionele Noorse gerechten te maken. De waardering daarvoor komt voorlopig meer van 'buiten' dan van onze eigen zakenpartner, zo lijkt het. Schroom voor het nieuwe, naijver en weet ik wat allemaal meer, er zal van alles een rol spelen.
Stap voor stap gaan we verder in de overtuiging dat we mooie en leuke dingen gaan maken, als nieuw bedrijf en samen met andere lokale bedrijven. Het blijft spannend of we dat voor elkaar kunnen krijgen.
Aan de ene kant wordt er van ons veel verwacht, maar aan de andere kant moeten we ook weer niet te hard willen lopen. Het blijft balanceren. Op de een of andere manier komt onze werkervaring en achtergrond ons goed van pas.  

zondag 17 juni 2012

sokpantoffels, regenlaarzen en andere poëzie

Hier in Noorwegen is het, in elk geval op het 'platte land', de gewoonte om voor het betreden van een huis je schoenen uit te doen en op sokken of, als die gastvrij in de gang klaar staan, op pantoffels rond te lopen. Voor ons was dat in Utrecht eigenlijk al gebruikelijk. Hier zal het oorspronkelijk wel te maken hebben gehad met houten vloeren, liefdevol geknoopte kleden en de smurrie van smeltende sneeuw en modder, en verder met ingesleten tradities. In ons Utrechtse appartement ging het om geluidhinder - in een flat horen de benedenburen, en soms de boven- of naaste buren, elke geschoeide voetstap, dus daar hou je rekening mee.
Het heeft even geduurd voordat we ons begonnen te realiseren dat we in onze huidige behuizing geen rekening hoefden te houden met Leida, Charlotte, Mariëtte, Hans - niet wat betreft schoeisel, maar ook niet wat betreft dichtslaande deuren, contactgeluid-gevoelige drempels of: muziek! Boven- of benedenburen zijn er niet, en de naaste buren wonen meer dan 100 meter verderop. Bevrijdende gewaarwording, toch.

Onze rubberen regenlaarzen hebben we afgelopen zaterdag opgegraven. We waren namelijk door Olav uitgenodigd op zijn feestje ('bonfire!') dat hier schuin tegenover aan de waterkant bij de steiger zou gaan plaatsvinden. "If you're not too tired, please come" had hij gezegd. We waren zeer moe en behalve dat was het akelig slecht weer, maar na de voetbalwedstrijd waar Nederland ook een rol in speelde (daar hebben we het verder maar niet over), zijn we toch maar in regenkleding en met een paar biertjes en een fles wijn, beide van eigen makelij (! en hier wordt iedereen geacht eigen eten en drinken mee te nemen naar een feestje) afgedaald naar de feestlocatie. Waar zich een handjevol buurtgenoten onder een provisorisch tussen de bomen gespannen zeiltje vreselijk zat te vermaken, met drankjes, zakken chips en vooral veel sterke verhalen en moppen. Noors, Engels en handen & voeten dus. En telkens als het maar 5 minuten droog was klonk het 'sommer er her!'  - 'de zomer is er!' en sleepte iedereen z'n natte gestoelte weer onder het zeil vandaan naar het vuur. Een van de buren had met een aanhangwagen vol boomstammen gezorgd voor brandhout; een jerrycan met benzine deed de rest en zo brandde er een bonfire in de stromende regen.
Wij werden bij aankomst met vrolijk gejoel welkom geheten en toen we ons eenmaal ook op zeiknatte kussentjes op een picknickbank en op een half doorgezakte tuinstoel in het doorweekte mos hadden genesteld, maar zeer ten dele onder onze paraplu, hoorden we er helemaal bij. Om Nederland werd meesmuilend gegniffeld en wij hebben ons gehaast om onze sympathie voor Denemarken kenbaar te maken.
De Noorse aquavit moest worden geproefd, tussen wijn, bier en cola door - en láchen dat het was....Want of het nou regent of niet, het is zomer, en dan ga je naar buiten, in weer en wind, en dan is het gezellig, ja? Worstjes op het vuur (grillen heet dat hier) horen daar onlosmakelijk bij, maar daarvoor was zaterdag de hoeveelheid en de heftigheid van het hemelwater net ietsje te heftig, dus dat onderdeel van de traditionele feestvreugde ging even niet door.
Voor ons hadden de rubberen laarzen een onverwachte troost geboden: ik had niet eerder bedacht dat ik ook daarin, bij de voorbereiding van onze verhuizing, smokkelwaar had verstopt. Ineens hadden we weer een paar pakjes onvervalste Franse sigaretten. Hier absoluut onbetaalbaar.
Henk kreeg de volgende morgen de kennismaking met aquavit wel voor zijn kiezen ("hebben we nog paracetamol?") en kon gelukkig uitslapen ("ik blijf nog even liggen hoor...").  Ik kon de tijd nemen voor een kleine ontdekkingstocht (aflevering tig) door tuin en omgeving. En kwam thuis met bossen wilde en minder wilde bloemen, om leuk in vazen te zetten. De geweldig paarse lupines die werkelijk overal bloeien - zie daar over de blog van Piet van vandaag: http://damfjell.blogspot.no/  - lila, roze en witte akeleien, bloeiende bieslook, margrieten en nog een heleboel ander kleurigs.



Ook weer zoiets raars: het groeit en bloeit om je heen, en toch wil je het plukken en in huis halen. Dat is niet stads, dat doen ze hier ook. Hebberigheid? Binnen willen hebben wat buiten om niet staat te bloeien? Geen idee, maar dat het mooi is en dat je er kan van genieten als het als een plaatje in een vaas staat, dat staat vast. "Is het geen gedicht?" zei mijn moeder vroeger wel. En ja, sommige boeketjes zijn gedichten.
Schoonheid om je hart aan op te halen.

zondag 3 juni 2012

zwemhelden, onkruid en -gedierte en: bezoek!

Het is zo verschrikkelijk druk geweest de laatste twee weken dat er geen tijd was voor een blog, maar vandaag kunnen we even op adem komen. Een grijzige zondagmiddag thuis.
Behalve druk was het deze periode ook erg warm: de thermometer stond hier 's morgens vroeg al snel op meer dan 20 graden en in de loop van de dag steeg de temperatuur nog eens flink. Dat betekent ook dat het water van het meer behoorlijk begint op te warmen, en na een dag koken in een keuken waar alle ovens en kookpitten voortdurend aan staan ziet zo'n meer voor de deur er erg verleiderlijk uit...
Uitgedaagd door buurman Olav heeft Henk donderdagmiddag de stoute schoenen of beter gezegd de zwembroek aangetrokken en een frisse duik in het meer genomen -  wat prima beviel, evenals de gezamenlijke 'afterswim': de heren waren de eerste zwemmers hier, dit voorjaar, en daar zijn ze trots op!


Het mooie weer heeft ook tot gevolg dat er in de tuin van alles gebeurt. Een onaanzienlijke bos hout ergens hoog bij de droogmolen blijkt plotseling in bloei te staan als lila sering; wat ik voor een slordige verzameling verdroogde stengels over een stuk muur aanzag (en bijna had opgeruimd) ontpopt zich als een liguster vol uitbundige witte bloesems en overal schieten bloemen uit de grond waarvan we de naam niet kennen. Tussen het gras steken steeds meer paarse viooltjes omhoog - ik heb er een stel gered van de grasmaaier en in de tuin gezet. We hebben een poging gedaan om onkruid te wieden, maar we kunnen dat nauwelijks onderscheiden van wat juist bedoeld is om te blijven staan...Grote kans dat ik, stadskind, uit de grond heb getrokken wat ik zelf heb gepoot en gezaaid dus. De vergeetmenietjes die ik een paar weken terug had gekocht bij Piet en Henk, staan hier in de tuin een beetje voor gek nu de berm langs het meer voor het huis ineens behalve geel, roze, wit en paars ook blauw is gekleurd van de wilde vergeetmenietjes. De lupines die ik en een kweekbakje heb gezaaid laten in de vensterbank op zich wachten, terwijl ze zowel in de tuin als in het wild, als onkruid, in groten getale veelbelovend in de knop staan... Onkruid is eigenlijk ook een raar woord (wie heeft dat verzonnen?) en een wrede bezigheid: overal beginnen paniekerige mieren rond te rennen, torren, kevers, wormen en spinnen raken de kluts kwijt als je in de aarde wroet. Ook ongedierte is een triviaal begrip natuurlijk, maar daar heb ik minder moeite mee. Ik hou niet van de confrontatie met de grote vliegende of wriemelende exemplaren die zich hier met regelmaat manifesteren, zeker niet in huis. Ze vliegen te stuurloos of ze hebben gewoon teveel poten en andere uitsteeksels. Maar recht op bestaan hebben ze wel, dat geef ik toe. De dikke spin die al sinds onze komst in de wc woont en z'n tijd zit te verdoen achter het afvoerpijpje (wat doet zo'n beest daar de hele dag?) zeg ik 's morgens maar gewoon goeiemorgen. In het Noors natuurlijk.
Zondagmiddag, toen we net thuis waren gekomen van de keuken en het afleveren van bestellingen in Drangedal, verschenen onze eerste bezoekers uit Nederland. Roely en Ria deden Henseid aan na een citytrip naar Oslo. Het was een lettelijk en figuurlijk warm weerzien! Fijn om ze te zien, en tegelijkertijd alsof we elkaar gisteren voor het laatst hadden gezien, zo vertrouwd en vanzelfsprekend voelde hun aanwezigheid. Eerst op het balkon in de stralende zon, later op het terras, en daar was het zo warm dat Roely zich als de derde zwemheld profileerde: geen badpak bij zich, dus in korte broek en T-shirt, hup het water in (helaas waren we er niet op tijd bij met de camera)! Die avond hebben we voor het eerst de bbq aangestoken en konden we tot laat buiten zijn.



Maandagmorgen na het onbijt moesten onze gasten helaas al weer vertrekken en bleven we alleen achter met een lichtelijk weemoedig gevoel - wanneer zie we ze weer? - maar bij wijze van troost gelukkig ook met het door ons eerste bezoek meegebrachte rantsoen aan rook- en drinkwaren.


's Middags hebben we eindelijk de tijd genomen om een fractie van de directe omgeving te verkennen, met een twee uur durende wandeling door het bos en langs het meer. Rotspartijen, bomen in alle tinten groen, wilde bloemen, vogels en vergezichten.  Einde van ons eerste pinksterweekend hier, en vooravond van een hectische werkweek. Daarover vertelt Henk later meer.